Panelgesprek met vertegenwoordigers van de hele keten

vrijdag 23 maart 2018 —

Na de keynote speech was het tijd om van gedachten te wisselen met vertegenwoordigers van de hele keten, met name: Glendal Vandenbempt (ABI), Bjorn Roothaert (Coca-Cola), Olivier Michel (BADL), Marc De Keyzer (De Keyzer Drinks) en Danny Van Assche (UNIZO).

Het debat borduurde verder op de keynote speech van Jean-François van Boxmeer. Glendal Vandenbempt stak als eerste van wal en gaf aan dat je als drankenhandelaar best een zekere minimumgrootte kan hebben omwille van schaalvoordelen. “Daarnaast is beleving cruciaal en die moet je als drankenhandelaar mee stimuleren omdat het een deel van de markt is waar groei in zit. Tot slot heb je als drankenhandelaar een competitief voordeel ten opzichte van de retail in de drinkshops. Daar kan de retail nooit volgen omdat de evolutie inzake speciaalbieren een groot gamma vereist. Zeker een goed ingerichte drinkshop met een goede service, een breed gamma en eventueel een factor beleving kan makkelijk het verschil maken met de retail.”

Olivier Michel wees dan weer op het feit dat elk zijn rol te vervullen heeft in de markt. “Een drankenhandelaar doet meer dan alleen dranken leveren. Er is ook een belangrijke rol weggelegd om het horeca cliënteel op te leiden zodat ze een kwalitatievere service kunnen bieden aan de eindklant.”

Bjorn Roothaert pikte in op het aspect van de opleidingen. "Die zijn inderdaad essentieel om horecazaken naar een hoger niveau te tillen. De klant evolueert en zijn smaakpallet is veranderd. Dat vereist meer keuze en een breder assortiment en inderdaad ook beleving. Trouwens wat er zich ook voordoet op de markt, lokale verankering is eveneens niet te onderschatten. Kennis van de markt. Kennis van de klant kan een groot verschil maken. Net als durven investeren. Dat geldt voor grote als voor kleine bedrijven.”

Inzake e-commerce en alle nieuwe digitale ontwikkelingen legde Danny Van Assche de nadruk op het omarmen van het fenomeen. “Het staat nog maar aan zijn begin. Het zal alleen maar belangrijker worden. En als we er niet op inspelen zal iemand anders het in onze plaats doen.” Marc De Keyzer gaf aan er al volop mee bezig te zijn. “De online winkel werd drie jaar geleden opgestart en blijft evolueren. Het geeft niet alleen een beter bereik naar de particuliere markt toe, maar geeft ook nieuwe mogelijkheden naar de horecamarkt zowel naar bestellingen toe, opvolgen van promoties, statistieken,… “

Op de vraag waarom ABI ook aan rechtstreekse distributie doet antwoordde Glendal Vandenbempt dat het een historisch gegeven is en een onderdeel van een dynamische markt. Tegelijkertijd gaf hij aan dat ABI er een defensieve politiek voert. “Het belangrijkste kanaal om de bieren van ABI te laten leveren aan de horeca is via de drankenhandelaar.”

Een volgend onderwerp was de noodzaak om al dan niet aan te sluiten bij een aankoopgroepering. Volgens Bjorn Roothaert is het antwoord niet zwart wit. “De omvang van een bedrijf biedt schaalvoordelen, maar het is niet de meest determinerende factor voor lange termijn succes. Toegevoegde waarde moet gezocht worden in professionalisering. Als een aankoopgroepering daartoe kan bijdragen dan is dat zeker meegenomen.” Olivier Michel vulde aan: “Als drankenhandelaar is er een dubbele challenge. Enerzijds moeten we ons mannetje kunnen staan tegenover de producenten en dan kan een aankoopgroepering daar bij helpen net als onze federatie. Anderzijds is er de consolidatie tussen de drankenhandelaars. Grote bedrijven absorberen kleinere bedrijven. Diegene die dan een sterke link hebben met de horeca zijn alvast beter bestand tegen de consolidatiegolf.” Marc De Keyzer voegde tot slot nog toe dat het van belang is dat de drankenhandelaar zijn brood kan verdienen. “Er zijn heel wat kosten die moeten terugverdiend worden. Daarom is een voldoende hoge maar evenwichtige marge voor de drankenhandelaar van groot belang voor alle partijen.”

Wat de horeca zelf betreft, daar was Danny Van Assche niet zo pessimistisch. “Ja, het aantal cafés gaat achteruit. Maar als je in detail gaat kijken zie je dat het aantal eetgelegenheden dan weer wel stijgt. Tegelijkertijd is het van belang om de horecaondernemer op te leiden. Er is een aanbod van dit soort opleidingen, maar het aantal inschrijvingen is zeer beperkt. Het is de rol van de drankenhandelaar om de horecaondernemer te verplichten deze opleiding te volgen.” Olivier Michel was het daar niet mee eens. “Het motiveren van de mensen om deze opleidingen te volgen is te verkiezen boven ze verplichten.” Inzake de drankafnamecontracten maakte Marc De Keyzer alvast nog duidelijk dat de hele historie over de zogenaamde ‘wurgcontracten’ een farce was. “Niemand in de zaal hier heeft er belang bij om leningen uit te schrijven die niet terugbetaald kunnen worden.”

Glendal Vandenbempt ging nog verder op het thema: “het is niet allemaal kommer en kwel in de horeca. Een moderne horecaondernemer moet professioneel werken, heeft voldoende kapitaal nodig en moet zich op een goede locatie vestigen. Maar hij moet nog meer aandacht bieden aan beleving. Waar is de consument naar op zoek en hoe wil ik dat als horecaondernemer invullen? Dat is trouwens ook iets wat wij als ABI zoeken bij onze horeca uitbaters. Wat is hun plan? Waar willen ze naar toe? Kennen ze de buurt? We zien zelfs cafés die er in slagen om de buurt te doen opleven. En dat moeten we meer samen doen, als producent, drankenhandelaar en horecaondernemer.”

Bjorn Roothaert noemde het de ‘magische driehoek,’ waarbij elk een zijn rol moet vervullen en moet streven naar de creatie van toegevoegde waarde.